Gooi het Gereedschap van de Meester Weg
Nick Walker, PhD
Ik schreef de originele versie van “Gooi het Gereedschap van de Meester Weg” in 2011, ik heb het in elkaar geknutseld uit een heleboel dingen die ik rond 2004 op particuliere online autistische discussieforums had gepost. De originele versie werd in 2012 gepubliceerd in de bloemlezing Loud Hands: Autistic People, Speaking. De onderstaande versie is een aanzienlijk herziene en verbeterde versie die ik in 2013 heb samengesteld.
Dit stuk is oorspronkelijk geschreven voor een autistisch publiek, dus het is specifiek gericht aan autistische lezers en gericht op wat de verschuiving van het pathologieparadigma naar het neurodiversiteitsparadigma betekent in de context van het discours over autisme. Desalniettemin, dient het als een zeer goede algemene introductie in het neurodiversiteitsparadigma, en lezers hebben het de afgelopen tien jaar relatief eenvoudig gevonden om uit mijn autisme gerelateerde voorbeelden te extrapoleren en mijn analyse toe te passen op de verhandelingen over andere gepathologiseerde neurocognitieve stijlen.
Hoewel de tekst vandaag de dag beschamend onhandig op mij overkomt, blijft “Gooi het Gereedschap van de Meester Weg” een van de belangrijkste dingen die ik heb geschreven, in termen van de lange termijn invloed ervan op het discours. De concepten van het pathologieparadigma en het neurodiversiteitsparadigma die oorspronkelijk in dit stuk werden verwoord, zijn nu een integraal onderdeel van de vakgebieden Neurodiversiteit Studies en Kritische Autisme Studies, vakgebieden die nog niet bestonden toen ik dit stuk schreef.
De definitieve, citeerbare versie van dit essay, samen met aanvullende achtergrondinformatie en commentaar, is te vinden in mijn boek Neuroqueer Heresies.

Als het gaat om menselijke neurodiversiteit, is wat ik het pathologieparadigma noem het dominante paradigma van vandaag de dag. Het welzijn en de empowerment op lange termijn van autisten en leden van andere neurocognitieve minderheidsgroepen hangt af van ons vermogen om een paradigmaverschuiving te creëren – een verschuiving van het pathologieparadigma naar het neurodiversiteitsparadigma. Een dergelijke verschuiving moet intern, binnen het bewustzijn van individuen plaatsvinden en moet ook worden gepropageerd in de culturen waarin we leven.
Maar wat betekent al die mooie praat? Wat zijn deze paradigma’s waarover ik het heb, en wat betekent het om een “verschuiving” van het ene paradigma naar het andere te realiseren? Dit stuk is een poging om dit in duidelijke taal uit te leggen, waardoor deze concepten naar ik hoop gemakkelijk toegankelijk zullen worden.
Wat is een Paradigma, en Wat is een Paradigmaverschuiving?
Zelfs als je het nog niet in een academische context bent tegengekomen, heb je de term paradigma waarschijnlijk al eerder gehoord, omdat het op irritante wijze overmatig wordt gebruikt door zakelijke marketeers om elke nieuwe ontwikkeling te beschrijven waarvoor ze mensen enthousiast willen maken: Een nieuw paradigma in draadloze technologie! Een nieuw paradigma in verkoop hyperbool!
Zoals een grote Spaanse diplomaat het ooit zei: ik denk niet dat het betekent wat zij denken dat het betekent.
Een paradigma is niet alleen een idee of een methode. Een paradigma is een reeks fundamentele aannames of principes, een mentaliteit of referentiekader dat vormgeeft hoe iemand over een bepaald onderwerp denkt en praat. Een paradigma geeft vorm aan de manier waarop iemand informatie interpreteert, en bepaalt wat voor soort vragen diegene stelt en hoe deze vragen gesteld worden. Een paradigma is een lens waardoor men de werkelijkheid bekijkt.
Misschien wel het meest eenvoudige en bekende voorbeeld van een paradigmaverschuiving komt uit de geschiedenis van de astronomie: de verschuiving van het geocentrisch paradigma (dat ervan uitgaat dat de zon en de planeten om de aarde draaien) naar het heliocentrisch paradigma (de aarde en verschillende andere planeten draaien om de zon). Toen deze verschuiving begon, hadden vele generaties astronomen al uitgebreide waarnemingen gedaan van de bewegingen van planeten. Maar nu betekenden al hun metingen iets anders. Alle informatie moest opnieuw worden geïnterpreteerd vanuit een geheel nieuw perspectief. Het was niet alleen zo dat vragen nieuwe antwoorden hadden - de vragen zelf waren anders. Vragen als “Wat is het pad van Mercurius’ baan rond de aarde?” veranderden van belangrijk lijkend in regelrechte onzin, terwijl andere vragen, die nooit waren gesteld omdat ze onder het oude paradigma onzin zouden zijn geweest, plotseling betekenis kregen.
Dat is een paradigmaverschuiving: een verschuiving in onze fundamentele aannames; een radicale verschuiving in perspectief die vereist dat we onze voorwaarden opnieuw definiëren, onze taal opnieuw kalibreren, onze vragen herformuleren, onze gegevens herinterpreteren en onze basisconcepten en benaderingen volledig heroverwegen.
Het Pathologieparadigma
Een paradigma kan vaak worden samengevat in een paar fundamentele, algemene principes, hoewel deze principes vaak verreikend zijn wat betreft hun implicaties en gevolgen. De principes van een breed dominant sociaal-cultureel paradigma zoals het pathologieparadigma nemen gewoonlijk de vorm aan van aannames – dat wil zeggen dat ze zo algemeen als vanzelfsprekend worden beschouwd dat de meeste mensen er nooit bewust over nadenken of ze verwoorden (en soms kan het een verontrustende openbaring zijn om ze duidelijk verwoord te horen).
Het pathologieparadigma komt uiteindelijk neer op slechts twee fundamentele aannames:
- Er is één “juiste”, “normale” of “gezonde” manier waarop de menselijke hersenen en menselijke geest kunnen functioneren en kunnen worden geconfigureerd (of één relatief smal “normaal” bereik waarin de configuratie en het functioneren van de menselijke hersenen en geest zouden moeten vallen).
- Als uw neurologische configuratie en functioneren (en als gevolg daarvan uw manier van denken en gedragen) substantieel afwijken van de dominante standaard van “normaal”, dan is er iets mis met u.
Het zijn deze twee aannames die het pathologieparadigma definiëren. Verschillende groepen en individuen bouwen op heel verschillende manieren op deze aannames voort, met verschillende gradaties van rationaliteit, absurditeit, angst of mededogen – maar zolang ze deze twee basisaannames delen, opereren ze nog steeds binnen het pathologieparadigma (net zoals dat de Maya astronomen en islamitische astronomen uit de 13e eeuw totaal verschillende opvattingen over de kosmos hadden, maar beide opereerden binnen het geocentrisch paradigma).
Het psychiatrisch establishment dat autisme als een “stoornis” classificeert; de “liefdadigheidsinstelling voor autisme” die autisme een “wereldwijde gezondheidscrisis” noemt; autisme onderzoekers die steeds nieuwe theorieën over “causaliteit” bedenken; wetenschappelijk ongeletterden die geloven dat autisme een vorm van “vergiftiging” is; iedereen die over autisme spreekt door gemedicaliseerde woorden als “symptoom”, “behandeling” of “epidemie” te gebruiken; de moeder die denkt dat de beste manier om haar autistische kind te helpen is hem te onderwerpen aan behavioristische “interventies” die bedoeld zijn om hem te trainen zich als een “normaal” kind te gedragen; de “inspirerende” autistische beroemdheid die andere autisten adviseert dat het geheim van succes is om harder te proberen zich te conformeren aan de sociale eisen van niet-autisten… al deze groepen en individuen opereren binnen het pathologieparadigma, ongeacht hun bedoelingen of hoeveel ze het op verschillende punten met elkaar oneens zijn.
Het Neurodiversiteitsparadigma
Hier is hoe ik de fundamentele principes van het neurodiversiteitsparadigma zou verwoorden:
- Neurodiversiteit – de diversiteit op het gebied van de menselijke geest – is een natuurlijke, gezonde en waardevolle vorm van menselijke diversiteit.
- Er bestaat geen “normale” of “juiste” stijl van de menselijke geest, net zomin als er één “normaal” of “juist” geslacht of één “normale” of “juiste” etniciteit of cultuur bestaat.
- De sociale dynamiek die zich manifesteert met betrekking tot neurodiversiteit is vergelijkbaar met de sociale dynamiek die zich manifesteert met betrekking tot andere vormen van menselijke diversiteit (bijvoorbeeld diversiteit in ras, cultuur, geslacht of seksuele geaardheid). Deze dynamiek omvat de dynamiek van sociale machtsverhoudingen – de dynamiek van sociale ongelijkheid, privileges en onderdrukking – evenals de dynamiek waardoor diversiteit, wanneer deze wordt omarmd, fungeert als een bron van creatief potentieel binnen een groep of samenleving.
Het Gereedschap van de Meester Zal het Huis van de Meester Nooit Ontmantelen
Op een internationale feministische conferentie in 1979 hield de dichter Audre Lorde een toespraak met de titel “Het Gereedschap van de Meester Zal het Huis van de Meester Nooit Ontmantelen”. In die toespraak hekelde Lorde, een zwarte lesbienne uit een arbeidersklasse immigrantenfamilie, haar vrijwel geheel witte en welvarende publiek omdat ze geworteld bleef in de fundamentele dynamiek van het patriarchaat en deze bleef propageren: hiërarchie, uitsluiting, racisme, classisme, homofobie, het zich niet bewust zijn van privileges, het onvermogen om diversiteit te omarmen. Lorde herkende dat seksisme deel uitmaakte van een breder, diepgeworteld paradigma dat alle vormen van verschil aanpakte door dominantiehiërarchieën in te stellen, en zij zag dat echte, wijdverbreide bevrijding onmogelijk was zolang feministen binnen dit paradigma bleven opereren.
“Wat betekent het,” zei Lorde, “als de instrumenten van een racistisch patriarchaat worden gebruikt om de vruchten van datzelfde patriarchaat te onderzoeken? Het betekent dat alleen de kleinste veranderingen mogelijk en toelaatbaar zijn. […] Want het gereedschap van de meester zal het huis van de meester nooit ontmantelen. Het kan ons misschien tijdelijk de kans geven om hem in zijn eigen spel te verslaan, maar het zal ons nooit in staat stellen echte verandering teweeg te brengen.”
Het gereedschap van de meester zal het huis van de meester nooit ontmantelen. Als je binnen een systeem werkt en je aan de regels ervan houdt, wordt dat systeem onvermijdelijk versterkt, of dat nu je bedoeling is of niet. Niet alleen dient het gereedschap van de meester nooit om het huis van de meester te ontmantelen, maar elke keer dat je het gereedschap van de meester voor wat dan ook probeert te gebruiken, bouw je op de een of andere manier een nieuwe uitbreiding van dat verdomde huis.
De waarschuwing van Lorde is vandaag de dag zeker ook van toepassing op de autistische gemeenschap en onze strijd voor empowerment. De veronderstelling dat er iets mis is met ons is inherent ontkrachtend, en die veronderstelling is absoluut inherent aan het pathologieparadigma. Dus de “instrumenten” van het pathologieparadigma (waarmee ik alle strategieën, doelen of manieren van spreken of denken bedoel die expliciet of impliciet ingaan op de aannames van het pathologieparadigma) zullen ons op de lange termijn nooit macht geven. Echte, blijvende, wijdverbreide empowerment voor autisten kan alleen worden bereikt door de verschuiving van het pathologieparadigma naar het neurodiversiteitsparadigma te maken en te propageren. We moeten het gereedschap van de meester weggooien.
De Taal van Pathologie vs. de Taal van Diversiteit
Omdat het pathologieparadigma al enige tijd dominant is, gebruiken veel mensen, zelfs velen die beweren te pleiten voor de empowerment van autistische mensen, gewoonte getrouw nog steeds taal die gebaseerd is op de aannames van dat paradigma. De verschuiving van het pathologieparadigma naar het neurodiversiteitsparadigma vraagt om een radicale taalverandering, omdat de juiste taal voor het bespreken van medische problemen heel anders is dan de geschikte taal voor het bespreken van diversiteit. De kwestie van “persoon-eerst-taalgebruik” is een goed basis voorbeeld om mee te beginnen.
Als iemand een medische aandoening heeft, kunnen we zeggen dat “zij kanker heeft”, of dat zij “een persoon met allergieën is” of “zij lijdt aan zweren”. Maar als iemand lid is van een historisch gemarginaliseerde groep, praten we niet over haar identiteit alsof het een ziekte is. We zeggen “ze is zwart” of “ze is lesbisch”. We erkennen dat het schandalig ongepast zou zijn – en ons waarschijnlijk als onwetend of onverdraagzaam zou bestempelen – als we naar een zwarte persoon zouden verwijzen als "negroïsme hebbend" of als "een persoon met negroïsme", of als we zouden zeggen dat iemand "lijdt aan homoseksualiteit."
Dus als we uitdrukkingen gebruiken als "persoon met autisme" of "zij heeft autisme" of "families die getroffen zijn door autisme", gebruiken we de taal van het pathologieparadigma – taal die impliciet de veronderstelling aanvaardt en versterkt dat autisme intrinsiek een probleem is, iets dat mis is met jou. In de taal van het neurodiversiteitsparadigma daarentegen spreken we over neurodiversiteit op dezelfde manier waarop we over etnische of seksuele diversiteit zouden spreken, en we spreken over autisten op dezelfde manier als over welke andere sociale minderheidsgroep dan ook: Ik ben autistisch. Ik ben een autistisch persoon. Er zijn autistische mensen in mijn familie.
Deze taalkundige verschillen lijken misschien triviaal, maar onze taal speelt een sleutelrol bij het vormgeven van onze gedachten, onze percepties, onze culturen en onze realiteit. Op de lange termijn heeft het soort taal dat wordt gebruikt om over autisten te praten een enorme invloed op de manier waarop de samenleving ons behandelt, en op de boodschappen die we over onszelf internaliseren. Onszelf beschrijven in een taal die het pathologieparadigma versterkt is, in de metafoor van Audre Lorde, het gebruik van de instrumenten van de meester en onszelf daardoor nog beter opsluiten in het huis van de meester.
Ik Geloof Niet in Normale Mensen
Het concept van een "normaal brein" of een "normaal persoon" heeft niet meer objectieve wetenschappelijke geldigheid – en dient geen beter doel – dan het concept van een "meesterras". Van alle instrumenten van de meester (d.w.z. de dynamiek, de taal en de conceptuele kaders die sociale ongelijkheid creëren en in stand houden), is het concept van "normale mensen" het krachtigste en meest verraderlijke. In de context van de menselijke diversiteit (etnisch, cultureel, seksueel, neurologisch of welke andere soort dan ook) dient het behandelen van een bepaalde groep als de “normale” of standaardgroep onvermijdelijk tot het bevoorrechten van die groep en het marginaliseren van degenen die er niet toe behoren.
De twijfelachtige veronderstelling dat er zoiets bestaat als een "normaal mens" vormt de kern van het pathologieparadigma. Het neurodiversiteitsparadigma daarentegen erkent "normaal" niet als een geldig concept als het gaat om menselijke diversiteit.
De meeste redelijk goed opgeleide mensen erkennen tegenwoordig al dat het concept van "normaal" absurd en zinloos is in de context van raciale, etnische of culturele diversiteit. De Han-Chinezen vormen de grootste etnische groep ter wereld, maar het zou belachelijk zijn om te beweren dat Han-Chinezen hierdoor de "natuurlijke" of "standaard" menselijke etniciteit vormen. Het feit dat het statistisch gezien veel waarschijnlijker is dat een willekeurig gekozen mens Han-Chinees is dan Iers, maakt een Han-Chinees niet "normaler" dan een Ier (wat dat ook maar mag betekenen).
De meest verraderlijke vorm van sociale ongelijkheid, het moeilijkste soort privilege om aan te vechten, doet zich voor wanneer een dominante groep zo diep verankerd is als de "normale" of "default"-groep, dat deze geen specifieke naam of label heeft. De leden van zo’n groep worden eenvoudigweg gezien als "normale mensen", "gezonde mensen" of gewoon "mensen" – met de implicatie dat degenen die geen lid zijn van die groep afwijkingen vertegenwoordigen van wat normaal en natuurlijk is, in plaats van even natuurlijke en legitieme uitingen van menselijke diversiteit
Kijk bijvoorbeeld eens naar de connotaties van de stelling "Homoseksuele mensen willen dezelfde rechten als heteroseksuelen", versus de connotaties van de stelling "Homoseksuele mensen willen dezelfde rechten als normale mensen." Simpelweg door het woord heteroseksueel te vervangen door normaal, accepteert en versterkt de tweede verklaring impliciet heteroseksuele privileges, en degradeert homo’s naar een inferieure, "abnormale" status.
Stel je nu voor dat termen als heteroseksueel en hetero helemaal niet bestonden. Dat zou homorechtenactivisten in de positie brengen dat ze dingen moeten zeggen als “Wij willen dezelfde rechten als normale mensen” – taal die hun marginale, “abnormale” status zou versterken en zo hun strijd zou ondermijnen. Ze zouden vastzitten met het gereedschap van de meester. Als termen als heteroseksueel en hetero niet zouden bestaan, zouden homorechtenactivisten ze moeten uitvinden.
Dit is de reden waarom een essentiële vroege stap in de neurodiversiteitsbeweging de introductie van de term neurotypisch was. Neurotypisch is voor autistisch wat hetero is voor homo. Het bestaan van het woord neurotypisch maakt het mogelijk om gesprekken te voeren over onderwerpen als neurotypisch privilege. Neurotypisch is een woord dat ons in staat stelt te praten over leden van de dominante neurologische groep zonder impliciet de bevoorrechte positie van die groep (en onze eigen marginalisering) te versterken door hen als "normaal" te beschouwen. Het woord normaal, dat wordt gebruikt om de ene soort mens boven de andere te stellen, is een van de instrumenten van de meester, maar het woord neurotypisch is een van onze instrumenten – een instrument dat we kunnen gebruiken in plaats van het instrument van de meester; een stuk gereedschap dat ons kan helpen het huis van de meester te ontmantelen.
Het Vocabulaire van Neurodiversiteit
Het woord neurotypisch is een essentieel onderdeel van het nieuwe vocabulaire van neurodiversiteit – dat we nodig hebben, als we onszelf willen bevrijden van de ontkrachtende taal van het pathologieparadigma, en als we het neurodiversiteitsparadigma met succes willen propageren in ons eigen denken en in de sfeer van het publieke discours.
Het woord neurodiversiteit zelf is natuurlijk het meest essentiële onderdeel van dit nieuwe vocabulaire. De essentie van het hele paradigma – het begrip van neurologische variatie als een natuurlijke vorm van menselijke diversiteit, onderworpen aan dezelfde maatschappelijke dynamiek als andere vormen van diversiteit – is verpakt in dat ene woord.
Een ander nuttig woord is neurominderheid. Neurotypische mensen vormen de meerderheid; autistische mensen en dyslectische mensen zijn allemaal voorbeelden van neurominderheden. Ik zou graag zien dat de term neurominderheid op grotere schaal wordt gebruikt, omdat er behoefte aan is. Er zijn veel onderwerpen in het discours over neurodiversiteit waar je veel gemakkelijker over kunt praten als je een goed, niet-pathologiserend woord hebt om te verwijzen naar de verschillende groepen mensen die niet neurotypisch zijn.
Termen als neurodiversiteit, neurotypisch en neurominderheid stellen ons in staat om over neurodiversiteit te praten en na te denken op een manier die neurominderheidsindividuen niet impliciet pathologiseert. Naarmate we de autistische gemeenschap cultiveren en omgaan met andere neurominderheidsgemeenschappen, en naarmate we schrijven en discussies blijven genereren over kwesties die voor ons relevant zijn, zal er meer nieuwe taal naar voren komen. We hebben al termen als stim en loud hands (lawaaierige handen) ontwikkeld om belangrijke aspecten van de autistische ervaring te beschrijven. En in mijn eigen academische werk heeft mijn onderzoek naar interculturele competentie (het vermogen om vakkundig met mensen uit meerdere culturen om te gaan en te communiceren) ertoe geleid dat ik de term neurokosmopolitisme ben gaan gebruiken, waarvan ik hoop dat deze breed zal aanslaan.
Ik hoop ook dat de termen neurodiversiteitsparadigma en pathologieparadigma aanslaan en wijdverbreid gebruikt zullen worden. Voor de duidelijkheid is het nuttig om onderscheid te maken tussen neurodiversiteit (het fenomeen van menselijke neurologische diversiteit) en het neurodiversiteitsparadigma (het begrip van neurodiversiteit als een natuurlijke vorm van menselijke diversiteit, onderworpen aan dezelfde maatschappelijke dynamiek als andere vormen van diversiteit). En het hebben van een naam voor het pathologieparadigma maakt dat paradigma veel gemakkelijker te bespreken, te herkennen, uit te dagen, te deconstrueren – en uiteindelijk te ontmantelen.
Taal is gereedschap. En omdat we erkennen dat het gereedschap van de meester het huis van de meester nooit zal ontmantelen, creëren we ons eigen gereedschap, dat ons niet alleen kan helpen het huis van de meester te ontmantelen, maar ook een nieuw huis te bouwen waarin we een beter en krachtiger leven kunnen leiden.
Buitenposten in Je Hoofd
Het breekt mijn hart wanneer erg veel autistische mensen die ik ontmoet over zichzelf spreken en over zichzelf denken in de taal van het pathologieparadigma, en als ik zie hoe dit hen ontkracht en hen een slecht gevoel over zichzelf geeft. Ze hebben hun hele leven geluisterd naar de giftige boodschappen die verspreid werden door voorstanders van het pathologieparadigma, en ze hebben die boodschappen geaccepteerd en geïnternaliseerd en herhalen ze nu eindeloos in hun eigen hoofd.
Wanneer we erkennen dat de strijd van neurominderheden grotendeels dezelfde dynamiek volgt als de strijd van andere minderheidsgroepen, herkennen we dit zelf pathologiserend gepraat als een manifestatie van een probleem waar leden van veel minderheidsgroepen last van hebben – een fenomeen dat geïnternaliseerde onderdrukking wordt genoemd.
Een tijdgenoot van Audre Lorde, de feministische journaliste Sally Kempton, zei het volgende over geïnternaliseerde onderdrukking: "Het is moeilijk om tegen een vijand te vechten die buitenposten heeft in je hoofd."
De taak om onszelf te bevrijden uit het huis van de meester begint met het ontmantelen van de delen van dat huis die in ons eigen hoofd zijn gebouwd. En dat proces begint met het weggooien van het gereedschap van de meester, zodat we niet meer per ongeluk precies datgene opbouwen wat we proberen te ontmantelen.
Het Gereedschap van de Meester Weggooien
Zodra we erkennen dat de basis van het pathologieparadigma – het fictieve concept "normale mensen" – een fundamenteel element is van de gereedschapskist van de meester, wordt het een stuk eenvoudiger om de instrumenten van de meester te identificeren en onszelf ervan te ontdoen. Het enige wat we hoeven te doen is een zorgvuldige balans opmaken van onze woorden, concepten, gedachten, overtuigingen en zorgen, en kijken of ze nog steeds zinvol zijn als we het concept "normaal", het concept dat er één "juiste" manier van functioneren voor de menselijke geest bestaat, terzijde schuiven.
Zodra we het concept "normaal" hebben weggegooid, zijn neurotypische mensen slechts leden van een meerderheid – niet gezonder of "beter" dan de rest van ons, maar komen ze alleen maar vaker voor. En autisten zijn een minderheidsgroep, die intrinsiek niet méér "gestoord" is dan welke etnische minderheid dan ook. Als we beseffen dat "normaal" gewoon iets is wat een groep mensen verzonnen heeft, als we het herkennen als een van de instrumenten van de meester en het uit het raam gooien, verdwijnt het idee van autisme als een "stoornis" meteen ook uit het raam. Gestoord, vergeleken met welke staat van orde precies? Als we weigeren het idee te aanvaarden dat er één bepaalde "normale" orde is waaraan alle geesten zich zouden moeten conformeren?
Zonder het fictieve referentiepunt "normaal" blijken functioneringslabels – "hoogfunctionerend autisme" en "laagfunctionerend autisme" – ook absurde ficties te zijn. "Hoogfunctionerend" of "laagfunctionerend" vergeleken met wat? Wie mag beslissen wat de juiste "manier van functioneren" van ieder individueel mens zou moeten zijn?
In het pathologieparadigma wordt de neurotypische geest op de troon gezet als het "normale" ideaal waarmee alle andere soorten geesten worden vergeleken. "Laag functionerend" betekent in werkelijkheid "verre van doorgaand voor neurotypisch, verre van in staat zijn om de dingen te doen waarvan neurotypische mensen denken dat mensen deze zouden moeten doen, en verre van in staat zijn om te gedijen in een samenleving die door en voor neurotypische mensen is gecreëerd." "Hoogfunctionerend" betekent "dichter bij doorgaand voor neurotypisch". Jezelf omschrijven als "hoogfunctionerend" betekent het gereedschap van de meester gebruiken en jezelf opsluiten in het huis van de meester – een huis waarin neurotypische mensen de ideale standaard zijn waarnaar je moet worden beoordeeld, een huis waarin neurotypische mensen altijd op de eerste plaats staan en waarin "hoger" betekent "meer zoals zij".
Als we uitgaan van de veronderstelling dat neurotypische mensen "normaal" zijn en autisten "gestoord" zijn, dan worden slechte relaties tussen neurotypische mensen en autisten onvermijdelijk toegeschreven aan een "defect" of "tekort" in autisten. Als een autist iets neurotypisch niet kan begrijpen, komt dat doordat autisten een tekort aan empathie en verminderde communicatieve vaardigheden hebben; Als een neurotypisch persoon een autist niet kan begrijpen, komt dat doordat autisten een gebrek aan empathie en slechte communicatieve vaardigheden hebben. Alle fricties en mislukkingen in de verbinding tussen de twee groepen, en alle moeilijkheden waar autisten in de neurotypische samenleving tegenaan lopen, worden allemaal toegeschreven aan autisme. Maar wanneer onze visie niet langer wordt vertroebeld door de illusie van "normaal", kunnen we deze dubbele standaard herkennen voor wat ze is, en zien als slechts een manifestatie van het soort privilege en macht dat dominante meerderheden zo vaak uitoefenen over minderheden van welke aard dan ook.
Een Leven Voorbij het Pathologieparadigma
Een paradigmaverschuiving vereist, zoals u zich wellicht herinnert, dat alle gegevens opnieuw worden geïnterpreteerd door de lens van het nieuwe paradigma. Als je de fundamentele uitgangspunten van het pathologieparadigma verwerpt en de uitgangspunten van het neurodiversiteitsparadigma accepteert, dan blijkt dat je toch geen stoornis hebt. En blijkt dat je misschien precies functioneert zoals je zou moeten functioneren, en dat je gewoon in een samenleving leeft die nog niet voldoende verlicht is om mensen die functioneren zoals jij effectief te huisvesten en te integreren. En dat de problemen in je leven misschien niet het resultaat zijn van een inherente fout in jou. En dat je ware potentieel onbekend is en dat het aan jou is om dit te verkennen. En dat jij, misschien toch, iets moois bent.

Een Spaanse vertaling van dit essay is hier beschikbaar:
https://neurolatino.wordpress.com/2016/06/08/desechen-las-herramientas-del-amo-liberandonos-del-paradigma-de-la-patologia/
Een Italiaanse vertaling van dit essay is hier beschikbaar:
https://medium.com/@traduzionidalbasso/gettiamo-via-gli-attrezzi-del-padrone-liberarsi-dal-paradigma-della-patologia-nick-walker-phd-af332a0dcdd1
Een Portugese vertaling van dit essay is hier beschikbaar:
https://autismoemtraducao.com/2016/11/11/jogue-fora-as-ferramentas-do-senhor-libertando-nos-do-paradigma-da-patologia/
Een Tsjechische vertaling van dit essay is hier beschikbaar:
http://mujautismus.cz/2017/01/zahodte-nastroje-panu-jak-se-osvobodit-od-paradigmatu-patologie/